zondag 1 november 2009

Zij kwamen nooit meer thuis

Dit jaar keerden vele Schotten, en woonachtig over de gehele wereld, terug naar hun land van herkomst. Het gehele jaar waren er in Schotland evenementen van allerlei aard met de Schotse cultuur als rode draad. Hoogtepunt voor velen was een enorme Highland Gathering van clans in Edinburgh eind juli. Eind november is de finale van Homecoming Scotland wanneer rondom St. Andrews Day (nationale feestdag in Schotland) opnieuw vele evenementen worden georganiseerd.

Een mooie gedachte van Schotland, zo’n Homecoming. Want in de afgelopen eeuwen moesten veel inwoners Schotland verlaten. Deels vrijwillig om het economisch geluk te beproeven in landen van de Nieuwe Wereld. Maar vaak verplicht als onderdeel van de Clearances. De ontruiming van Schotland (met name de Highlands) door haar inwoners te verplichten te emigreren naar landen als Amerika, Nieuw Zeeland, Canada en Australië. Het is niet voor niets dat de Schotse cultuur in deze landen hoogtij viert en je op de gekste plekken ter wereld pipe bands aantreft.

In november zijn mijn gedachten echter bij een groep Schotten die hun vaderland verlieten en er nooit meer terugkeerden, namelijk: de vele militairen van Schotse regimenten die vochten in The Great War of Eerste Wereldoorlog tussen 1914 en 1918.

Het verlies van Schotse militairen was in die periode enorm. Maar liefst 147.000 Schotse soldaten en officieren kwamen om. Dat is zo’n 26% van alle Schotten die vochten in de Eerste Wereldoorlog! Omgerekend naar aandeel van de bevolking liet 3,1% Schotten het leven (ter vergelijk: Engeland/Ierland: 1,6%, Duitsland 3,0% en Frankrijk: 3,4%). En daarmee leverde Schotland een enorm offer aan een krankzinnige oorlog.

Velen liggen begraven op één van de vele War Cemeteries in België en Noord Frankrijk. Duizenden werden nooit meer teruggevonden. Hun staan namen gegraveerd in de Menenpoort (in Ieper) en Tyne Cot Cemetery (nabij Passendale). Zij kwamen nooit meer thuis!

Twee plekken hebben voor mij als drum major een bijzondere betekenis. En dat zijn het Belgische Ieper en het Frans Longueval.

In het Noord-Franse Longueval staat het ‘Piper’s Memorial’. Als nagedachtenis aan alle pipers die omkwamen in de Eerste Wereldoorlog. Het monument staat daar sinds 2002 en wordt door de Schotse en Ierse regimenten maar ook door vele burger pipers gebruikt om stil te staan bij de rol die de piper en zijn doedelzak speelde tijdens The Great War. Een tijd waarin de pipes een belangrijk rol had voor Schotse militairen. Het was onderdeel van hun cultuur!

Iedere dag, om precies 20.00u, weer of geen weer, en al sinds 1929, wordt bij de Menenpoort in het Belgische Ieper The Last Post geblazen door een klaroenblazer. Als Heel vaak wordt hij geassisteerd door een piper of pipe band die ergens vanuit de wereld naar Ieper is gereisd. Dan klinkt niet alleen The Last Post maar ook ‘Flowers of The Forest’ of ‘Sleep, Dearie, Sleep’ terwijl 1 minuut lang het leven rond de Menenpoort even stil staat. De ceremonie trekt altijd publiek maar als bekend is dat er pipe band speelt komen bezoekers uit de gehele wereld voor die paar minuten naar Ieper.

Ik heb eenmaal de ceremonie mogen leiden als drum major van een Nederlandse Massed Pipe Band. Een zeer indrukwekkende gebeurtenis. Voor de pipers en drummers die mee waren is het optreden onder de Menenpoort de meest speciale die ze ooit gedaan hebben.

Het symbool van de Britse slachtoffers van The Great War is de poppy (of klaproos). Het was de bloem die al enige nog groeide op de verwoeste slachtvelden van België en Noord-Frankrijk. John McCrae, een arts die diende in het Royal Canadian Army Medical Corps, schreef er een gedicht over. Het verscheen in december 1915 voor het eerst in het door soldaten en officieren gemaakte fronttijdschrift ‘Punch’. Het werd wereldberoemd en het gedicht en de poppy spelen in de eerste week van november een centrale rol tijdens de vele herdenkingen in Groot-Brittannië, Canada en België.

In Flanders fields the poppies blow
Between the crosses, row on row,
That mark our place; and in the sky
The larks, still bravely singing, fly
Scarce heard amid the guns below.

We are the Dead. Short days ago
We lived, felt dawn, saw sunset glow,
Loved, and were loved, and now we lie
In Flanders Fields.

Take up our quarrel with the foe:
To you from failing hands we throw
The torch; be yours to hold it high.
If ye break faith with us who die
We shall not sleep, though poppies grow
In Flanders Fields.


(John McCrae, 1915)

Kees Westerkamp, drum major